A retired dream.
Video Tour de Loir et Cher Video Omloop Lek en Ijssel
Eindsprint verloren, titel gewonnen (BN Stem)
dinsdag 29 mei 2012 | 09:09 | Laatst bijgewerkt op: dinsdag 29 mei 2012 | 09:10
Peter Woestenberg (rechts) kan het amper geloven, maar in de laatste meters van het districtskampioenschap in Wernhout is hij alsnog voorbij gevlogen door Nick Mulder, die net zo verrast oogt, maar dan wel blij verrast. foto Edwin Wiekens/het fotoburo
Terwijl districtsvoorzitter Rien Jongenelen al klaar stond om hem de gouden medaille voor het veroveren van de elitetitel om te hangen, treurde de 37-jarige Willebrorder vooral om de verloren spurt van het gecombineerde kampioenschap voor elite- en beloftenrenners. “Natuurlijk weet je dat er aparte klassementen worden opgemaakt, maar je wilt op de eerste plaats gewoon die hele wedstrijd winnen”, verklaarde Woestenberg zijn gevoel aan de meet in het snikhete Wernhout.
De man die hem toch nog onverwacht in het stof had doen laten bijten heette Nick Mulder. Dat de 21-jarige Nederlandse Amerikaan snel is aan de meet weten ze bij zijn nieuwe club De Jonge Renner al langer. De in Rotterdam geboren student die 18 jaar in Washington DC woonde moest voor DJR de koers winnen, mocht die op een eindspurt aankomen.
Wellicht daarom verkeek de eveneens rappe Woestenberg zich in de laatste honderden meters op zijn vluchtmakker van het eerste uur. “Voor het ingaan van de laatste bocht, ging ik de sprint al aan. Ik sloeg onmiddellijk een gaatje en dacht dat ie in de knip zat.”
Op zich niet vreemd gedacht, want de finishstraat in Wernhout was redelijk kort. Hij was echter lang genoeg voor Mulder, die met een tweede versnelling in de laatste vijftig meter voorbij Woestenberg vloog. “Ach, als ik de sprint later was aangegaan, had hij me dus ook geklopt”, troostte Woestenberg zichzelf.
Voor DJR betekende de triomf van Mulder de revanche op de verloren titelstrijd van vorig jaar. Toen kon de Oosterhoutse club een numerieke meerderheid niet omzetten in winst. De zege ging toen naar de snelle Nicky Verdaasdonk. Een mindere dag en lekke band (‘In die volgorde’) maakte Verdaasdonk dit keer al snel kansloos.
Dat was eigenlijk iedereen die in het eerste half uur niet van de partij was in de vroege kopgroep. Het vijftal Bram de Kort, Sjors Roosen (beiden Piels), Woestenberg, Tjeerd Dudok (beiden WWV) en Mulder (DJR) bouwde snel een voorsprong op. Ondanks de vele goede renners die de slag gemist hadden, bleef hun voorsprong groeien.
In de finale moesten Roosen en Dudok de andere drie laten gaan. DJR-lid Bram de Kort was duidelijk over de ontstane situatie. “Ik reed hier niet voor DJR of met een DJR-hart. Het was jammer dat mijn maatje Sjors wegviel vooraan.”
De Kort was ook al niet bezig met de afzonderlijke beloftentitel. “Ik wilde vandaag gewoon van iedereen winnen. Dan ga je niet alleen op renners van je eigen categorie letten.”
Aangezien De Kort geen sprinter is, probeerde hij met een aanval in de laatste 4 kilometer de wedstrijd te winnen. Tevergeefs. Woestenberg reed het gat dicht. “Wellicht kwam hij daardoor op het einde net dat metertje te kort tegen Mulder. Is het toch een goede actie geweest voor mijn club.” Mulder was er blij mee. “In Amerika heb ik al die jaren weinig meegekregen van wielrennen. Dat is dus pas van de laatste drie jaar. Dit is mijn eerste zege van het seizoen, en hopelijk volgen er nu meer.”
Woestenberg verliest sprint maar pakt districtstitel (BN Stem)
Auteur: Door Ad Pertijs | maandag 28 mei 2012 | 19:51 | Laatst bijgewerkt op: dinsdag 29 mei 2012 | 09:12
Peter Woestenberg (rechts) kan het amper geloven, maar in de laatste meters van het districtskampioenschap in Wernhout is hij alsnog voorbij gevlogen door Nick Mulder, die net zo verrast oogt, maar dan wel blij verrast. foto Edwin Wiekens/het fotoburo
WERNHOUT – Good old Peter Woestenberg dacht dat hij de zege al op zak had, maar in de laatste meters van het districtskampioenschap vloog Nick Mulder hem alsnog voorbij. Als troostprijs werd de 37-jarige Willebrorder nog wel gehuldigd als beste eliterenner, maar dat boeide hem niet zo. “Je wil toch op de eerste plaats gewoon die wedstrijd winnen.”
Die wedstrijd was het gecombineerde districtskampioenschap voor elite- en beloftenrenners op een 6 kilometer lang parcours in en rond Wernhout. Al vroeg in de wedstrijd ging er een kopgroep van vijf renners vandoor. Drie van hen zag de rest niet meer terug. In de finale reden Bram de Kort, Peter Woestenberg en Nick Mulder weg bij hun medevluchters Tjeerd Dudok en Sjors Roosen.
In de slotronde probeerde De Kort met een aanval een eindsprint te voorkomen. Woestenberg verijdelde die poging. Toen kwam het dus toch aan op een sprint.
De Willebrorder ging van ver aan. Hij dacht dat het ging lukken, maar De Jonge Renner had niets voor niets de 21-jarige Nick Mulder gebombardeerd tot haar speerpunt als het op een spurt zou aankomen.
Mulder wil ooit zelf op poster staan (Artikel De Limburger)
Nick Mulder is nog een onbeschreven blad in de wielerwereld, maar daar wil de in Amerika opgegroeide renner van het Limburgse Park Hotel Rooding Team snel verandering in brengen. Althans, als de pechduivel hem eindelijk met rust laat.
door Patrick Delait
De muren van zijn studentenflat in de Maastrichtse wijk Belfort zijn behangen met de posters van zijn wielerhelden. Als Nick Mulder ‘s ochtends wakker wordt, kijkt hij recht in de ogen van Cadel Evans, Lance Armstrong, Robert Gesink en Edvald Boasson Hagen. De in Amerika opgegroeide renner van het Limburgse Park Hotel Rooding Team is in 2008 naar Nederland gekomen om zijn dromen waar te maken. Mulder wil zo goed worden als zijn voorbeelden, maar door allerlei tegenslagen heeft hij zijn ambities nog niet kunnen waarmaken. Eind november reed de 19-jarige belofte op weg naar een feestje met zijn voorwiel in een kuil. Hij kwam zo ongelukkig terecht dat hij er een gebroken elleboog en een gebroken pols aan over hield. Nog maar amper hersteld, kreeg Mulder vorige week een nieuwe dreun. Tijdens een trainingsrit met ploegmaat Tom Dumoulin werd hij in Maastricht geschept door een onoplettende automobilist. Toen hij op de grond lag, wist hij meteen hoe laat het was. „Ik voelde dat mijn sleutelbeen was gebroken. ‘O shit’, toch niet weer, flitste het door mijn hoofd.” Omdat het een gecompliceerde breuk betrof, was een operatie noodzakelijk. Met behulp van een titanium plaat en enkele schroeven is het sleutelbeen van Mulder inmiddels weer opgelapt. Alle pech heeft hem niet minder strijdbaar gemaakt. Integendeel. De verbetenheid van Mulder is zo groot dat hij een dag na zijn val alweer op de fiets zat. Of beter gezegd: op de Tacx-trainer die de ruimte vult tussen zijn bed en zijn bureau. Vijf uur lang trapte hij zich het laplazarus om trainingsachterstand te voorkomen. „Tussendoor keek ik naar een filmpje van een Touretappe uit 2005, waarin Lance Armstrong jacht maakt op Jan Ullrich. Ik beeldde mezelf in dat ik Ullrich was en uit de greep van Armstrong moest zien te blijven. Dat inspireerde me om op de Tacx heel diep te gaan”, aldus Mulder, die volgende week met zijn team op trainingskamp vertrekt naar Mallorca. De student economie verwacht niet dat zijn pas geopereerde sleutelbeen roet in het eten zal gooien. Zijn fanatisme is zo groot, zegt Mulder, dat hij moet oppassen dat wielrennen geen obsessie wordt. Zelfs toen zijn pols en elleboog na zijn val in november in het gips zaten, kon hij de fiets niet loslaten. „Ook toen was ik na één dag alweer aan het trainen op mijn kamer. De overburen zullen me wel voor gek hebben verklaard”, zegt de renner, die in 2006 zijn eerste wedstrijd reed inWashington DC, de stad waar hij opgroeide. Omdat vader Mulder een lucratieve baan bij het Internationaal Monetair Fonds (IMF) niet kon weigeren, vloog het gezin met de drie maanden oude Nick op schoot in 1990 naar de hoofdstad van Amerika. Lang voordat hij verliefd werd op de fiets, gooide de jonge Mulder er hoge ogen als voetballer. „Het is niet arrogant bedoeld, maar ik was echt goed. Ik ben uiteindelijk gestopt omdat ik als veertienjarige werd ingedeeld bij een selectie van zestienjarigen. Die gasten waren twee koppen groter dan ik. Het ging er zo agressief aan toe, daar had ik geen zin meer in.” Ook als hardloper bleek Mulder getalenteerd. Hij had al enkele 5000 meter wedstrijden gewonnen, toen op het nationale kampioenschap cross-country in New York de ontnuchtering volgde. „Ik zat inWashington op een internationale school. Sport was daar lang niet zo belangrijk als op de meeste Amerikaanse scholen. Er was niemand om me te pushen. Toen ik in New York als 40ste finishte, werd ik met de neus op de feiten gedrukt.” Via een vriend, die hem uitnodigde om samen te fietsen, ontdekte Mulder zijn nieuwe passie. Begonnen op het laagste niveau in Amerika, verhuisde Mulder in 2008 naar Maastricht. Zijn ouders en zijn jongere broer en zus liet hij achter in Washington. „Hoewel ik geregeld bel, mis ik mijn familie. Ik had echter geen ander keus. Maastricht is de ideale plek om sport en studie te combineren. Het wielrennen leeft hier enorm. In Amerika kennen ze in het beste geval alleen Lance Armstrong en dan vooral omdat hij ex-kankerpatiënt is.” Nadat hij als junior al enkele wedstrijden had gereden voor het Jan van Arckel-team bood Mulder zich vorig jaar aan bij de Valkenburgse ploeg PPL-Belisol. In zijn eerste seizoen betaalde hij vooral veel leergeld. „Ik snapte de koers niet, verspilde veel te veel energie. Bij PPL-Belisol heb ik veel bijgeleerd. Door pech is dat er helaas nog niet uitgekomen. Ik wil dit seizoen een belangrijke stap gaan zetten. Ik heb hoge verwachtingen van mezelf.” Mulder bezweert dat het niet bij mooie dromen zal blijven. Als tijdrijder én als sprinter wil hij de middenmoot ontstijgen. „Als aankomende econoom denk ik heel erg rationeel. Ik zou niet zoveel tijd en energie in het wielrennen investeren als ik wist dat het een zinloze onderneming was.”
Nick Mulder breekt sleutelbeen |
Monday 18 January 2010 | |
![]() |